donderdag 26 december 2013

Kerstgedachte



Kerst is toch altijd een bijzondere tijd. Voor christenen betekent kerst de geboorte van Jezus. Voor degenen die dit niet geloven betekent kerst lekker vrij zijn, etentjes en cadeautjes onder de kerstboom. Maar er zijn ook mensen die ‘gewoon’ moeten werken met de kerstdagen. En er zijn mensen die oorlog met elkaar krijgen…

Met kerstavond wordt er altijd een kerstmaaltijd voor de werkende collega’s geregeld. We proberen dan gezamenlijk de maaltijd te nuttigen op het bureau, een nabijgelegen district neemt dan meestal waar. Zo hebben we dit jaar afgesproken dat wij om 02:00 uur een half uur gaan eten en district 9 om 02:30 uur. Waarschijnlijk leeft de kerstgedachte bij twee families niet zo, want voordat we de maaltijd kunnen gebruiken rijden we met spoed naar een schietpartij. Er is iemand neergeschoten en de dader verschuilt zich in een nabijgelegen woning. Omdat er zoveel tijd in de melding en de afhandeling gaat zitten, zijn we uiteindelijk om 06:00 uur terug op het bureau. En daar staat onze maaltijd, de koud geworden saté, de waxinelichtjes en keurig gedekte tafel. Niemand heeft op dit tijdstip nog zin om eten naar binnen te gaan werken. Eigenlijk baalt iedereen als een stekker, je merkt dat de stemming er niet vrolijk van geworden is.

De overvloed aan eten en drinken dreigt weggegooid te gaan worden en ik sta te verzinnen wie ik nou eens blij zou kunnen maken. Het wonderlijke is dat er altijd wel een oplossing voor zoiets komt, want in de wachtcommandantruimte zie ik via camerabeelden dat een bekende zwerver op busstation Zuidplein de vuilnisbakken aan het leeghalen is om te kijken of er nog wat eetbaars te halen valt. Snel pak ik een doos en stop daar diverse lekkernijen in. Ik roep naar de wachtcommandant dat hij cameratoezicht moet bellen om te zorgen dat ze de zwerver in beeld houden. Ook neem ik nog een kerstmuts mee. Ik ren met de doos naar de auto, spring erin en race naar het busstation. Ik hoor van de wachtcommandant dat de man zojuist richting de van Swietenlaan is gelopen, buiten het zicht van de camera’s.

Op dat moment rij ik de van Swietenlaan in en zie de man inderdaad lopen. Ik stop aan het begin van de van de laan en roep dat hij even naar mij toe moet komen, want ik wil vooral in het zicht van de camera’s hem de doos geven. Hij heeft dit natuurlijk niet door, dus de hilariteit op het bureau is groot als hij onder de camera de doos met heerlijke belegde broodjes, een slaatje, een pakje melk, fruit enz. krijgt en er verlekkerd inkijkt. Het is geweldig om te zien hoe dankbaar hij is. Ik loop met hem mee naar een bankje en zeg dat hij daar maar moet gaan zitten eten, uiteraard in het zicht van de camera’s, en na afloop alles op moet ruimen en in de vuilnisbak moet doen. Ik pak de kerstmuts uit mijn zak en zeg dat hij deze wel op moet zetten, omdat het tenslotte wel kerst is. Lachend pakt hij de muts aan en zet hem op.

Als ik terug op het bureau kom hebben we de zwerver op grote beelden bij de wachtcommandant in het zicht. Ondanks dat we zelf niet van een kerstmaaltijd genoten hebben, nemen deze beelden alle chagrijnigheid bij de collega’s weer weg. Als een koning zit de man met zijn rood/witte puntmuts op het bankje aan zijn koningsmaaltijd. Hierna hebben we het opvangtehuis “de Hille” gebeld en gevraagd of ze de overige dozen met eten en drinken wilden hebben, wat ze graag wilden. We hebben hierop de bus volgeladen en alles naar het opvangtehuis gebracht.

Zo kwam alles toch nog op een goede bestemming en niet in de vuilnisbak. De kerstgedachte kwam op deze manier toch tot zijn recht en met een vette glimlach verliet ik het bureau Zuidplein op weg naar mijn bed.

woensdag 18 december 2013

Een ‘rustige’ vroege dienst...

Om 5:45 uur ging mijn wekker. Het eerste wat ik dacht was: “het zal wel weer zo’n rustige dienst worden als gister”. Aan het einde van de dag zou ik daar toch iets anders op terug kijken.

Rond 6:30 uur kwam ik aan op het bureau. Een van de eerste meldingen was een woninginbraak. Omstreeks 10:15 uur hoorden wij via de portofoon dat er elders in het gebied een sterke gaslucht uit een woning kwam. Omdat we net klaar waren met de woninginbraak hebben we aangeboden om mee te rijden op die melding, al was het alleen om het verkeer te regelen. Op dat moment was nog niets duidelijk dus wie weet konden ze wel wat extra handjes gebruiken.  

De brandweer was inmiddels in kennis gesteld en niet veel later kwam deze ook ter plaatse. Er werd besloten dat de brandweer de deur open zou maken en beneden zou gaan luchten. Dat wil zeggen de sterke gaslucht uit huis blazen, zodat het zonder perslucht ook een werkbare ruimte zou worden. Nadat de brandweer de benedenverdieping had gelucht, begonnen ze met de bovenverdieping. Na een tijdje kwamen ze weer beneden met de informatie dat de ramen open waren gezet maar dat ze één kamer niet in konden omdat deze op slot zat en/of gebarricadeerd was.

Na een tijdje kregen we van de brandweer het sein dat het ‘veilig’ was. Daarop besloten dat wij toch naar binnen te gaan, op basis van artikel 3, om hulp te verlenen. De bewoner zou ergens in het pand moeten zitten. Natuurlijk eerst een plan van aanpak maken; hoe gaan we het doen? Twee koppels, mijn maatje en ik koppel 1 en de twee andere collega’s koppel 2. We kregen een ram mee van de brandweer om op de eerste verdieping de deur die op slot zat/gebarricadeerd was te openen. In de kamers die open stonden even snel een blik naar binnen geworpen, daar was niemand. Natuurlijk hebben we ons kenbaar gemaakt als politie, misschien zou de bewoner daarop reageren en dan toch te voorschijn komen. Dan blijft er op de eerste verdieping nog een kamer over. De kamer die op slot zat. Uiteindelijk besloten om de ram te gebruiken om de deur te openen. In films lukt dit natuurlijk in een keer, mijn collega heeft zeker zes keer moeten rammen om de deur op z’n 20cm open te krijgen. Achteraf bleek dat er een hoop spullen achter de deur stonden. Door die 20cm opening konden wij zien dat het in de kamer pikkedonker was. Op een gegeven moment horen we een stem: “De politie moet opflikkeren, anders steek ik de boel in de fik”.

Een paar seconden waren we stil. Nog geen 3 seconden later doet de bewoner wat hij zegt. Er komt ons een enorme vuurbal tegemoet… Op dat moment gaan je hoofd en lichaam over op overleven. Wat ik me kan herinneren is dat er overal vuur om ons heen was. En het volgende moment dat ik op de onderste treden van de trap lag. Een ding weet ik zeker; ik heb niet alle treden geraakt op mijn stunt naar beneden.

Dat is dan iets wat je niet verwacht. Hoe vaak wordt er niet gezegd “de politie moet dit, anders doe ik dat..” 99 van de 100 keer wordt er gebluft. Dit keer was het geen bluf… maar er is ons ook niet de mogelijkheid geboden om te vertrekken. Op het moment dat ik alleen beneden kwam ging er maar één ding door me heen: ‘waar zijn mijn drie collega’s?!’ We waren toch echt met z’n vieren boven! Enkele minuten (of secondes die minuten leken?) later kwam ik buiten en zag ik dat mijn drie collega’s naar omstandigheden allemaal goed buiten waren gekomen.  Dat was misschien wel het fijnste gevoel van heel die dag.  

Uiteindelijk kom je dan op het bureau... op school had je wel eens gehoord tijdens de lessen dat er bij grote incidenten een grote de-briefing komt. Die grote de-briefing kwam ook, alle betrokken collega’s, brandweer, TCO (team collegiale ondersteuning), meldkamer, externe partners, etc. waren aanwezig. Z’n grote de-briefing had ik nog nooit mee gemaakt.  

Zo verandert een ‘rustige’ vroege dienst in een dienst waarop je opeens om 19:30 uur je voordeur binnenstapt. Mij zul je niet snel meer horen zeggen “het zal wel weer een rustige vroege dienst worden”.  

Joyce (23) volgt de opleiding tot agent op de Politieacademie in Eindhoven. Ze is in dienst bij de Eenheid Oost-Brabant.

 

maandag 9 december 2013

Bloedtransfusie

“Ik ben met mijn klasgenoten al drie maanden onderweg in de opleiding en we beginnen al aardig blauw bloed te krijgen. Nee, we zijn niet verloofd met iemand van het koninklijk huis en we werken ook niet bij de Albert Hein. We krijgen zo langzamerhand blauw politiebloed geïnjecteerd.

Dit gaat vanzelf tijdens de opleiding. Door onze docenten zijn we hier al op gewezen. We zouden gaan ‘veranderen’ en onze omgeving zou dit gaan merken. Het klinkt nu wellicht wel alsof we worden gehersenspoeld, maar daar is niets van waar. Onze grijze massa gaat anders denken en dat doen we uit onszelf.

We zullen tijdens ons vak voor moeilijke situaties en keuzes komen te staan. Je leest vaak genoeg op van andere bloggers wat voor situaties ze meemaken. We kunnen nu niet meer alleen maar van een onderbuikgevoel uitgaan, maar we moeten het ook nog gaan onderbouwen. Bijvoorbeeld door wetten,  regels en procedures toe te passen. Dat is nu het verschil tussen iemand die het goed bedoelt en een professional. Het is mooi om te zien dat al mijn collega’s in de klas zich hier van bewust zijn!

Ikzelf merk het al als ik in de auto zit en meer dan alleen op mijn eigen verkeerssituatie let. Ik zie andere bestuurders bumperkleven. Gisteren zag ik in een ooghoek op de A2 een man in het donker op de vluchtstrook staan. Ik scan nu al mijn omgeving af en kijk verder dan mijn neus lang is. Ook koppel ik aan elke overtreding en misdrijf al artikelnummers uit bijvoorbeeld het wetboek van strafrecht. Thuis bespreek ik dit tot vervelens aan toe. Ik heb wel het geluk dat mijn vriendin ook werkzaam is bij de politie. We spreken soms met heel veel afkortingen in zinnen. Afkortingen gebruiken…dat is politie-eigen. 
We zijn nu begonnen aan de maand december en we hebben dan nog maar een krappe maand te gaan voordat we een maand gaan stagelopen in onze eenheid. ‘Stage’ in de volksmond…volgens de Politieacademie ‘beeldvorming beroep’, maar volgens de collega’s in het hele land ‘de blauwe maand’. Het lijkt daarom bijna geen toeval dat we ons juist na drie maanden bewust worden van onze bloedtransfusie…we zijn er klaar voor en hebben er zin in! De volgende keer zal ik dan ook schrijven over mijn ervaringen van ‘de blauwe maand’!”
Sander (32) heeft na een aantal jaar in het bedrijfsleven gewerkt te hebben, de overstap gemaakt naar het politievak. Vandaag vertelt hij over zijn eerste drie maanden in de opleiding.